Stap 1:
Dit papiertje is voor één van de zes onderdelen. De achterkant is helemaal wit. Draai het velletje om.

Stap 6:
Trek het puntje bij de onderkant van de pijl omhoog door een dalvouw over de groene lijn te maken.

Stap 5:
Ontvouw de vouwen die je in stap 4 hebt gemaakt.

Stap 2:
Vouw het papier voor door dal- en bergvouwen over deze 4 lijnen te maken.

Stap 4:
Maak een dalvouw over deze twee lijnen. Maak deze vouwen over de bovenste 2 lagen van het model.

Stap 3:
Maak eerst de 2 dalvouwen rechts onderaan. Maak daarna de twee bergvouwen in het midden. En maak dan de twee dalvouwen links bovenaan. Nu krijg je een basisfiguur.

Stap 10:
Druk het flapje nu plat, zie pijl. Zorg dat het flapje in een rechte hoek met het flapje bovenaan komt te staan, gebruik de 2 groene lijnen als hulplijnen.

Stap 8:
Herhaal stap 4 tot en met 7 aan de achterkant van het model.

Stap 9:
Trek het flapje bij de onderkant van de pijl omhoog, in de richting van deze pijl.

Stap 7:
Druk de omhoogstaande randen plat, zie pijlen. Je hoeft geen nieuwe vouwlijnen te maken om dit te doen, alles is al voorgevouwen.

Stap 16:
Je hebt zes van deze onderdelen nodig voor één modulaire bal.

Stap 15:
Dit is de onderkant van het modulaire onderdeel. Draai het model om.

Stap 12:
Druk het stuk bij de pijl plat van bovenaf. Als het moet kan je het model ook op andere plekken platter maken. Gebruik de twee groene lijnen als hulpmiddel om te zorgen dat de flapjes in een rechte hoek van elkaar  komen te staan.

Stap 11:
Maak het flapje bij de grote pijl onderaan plat door een vinger in de opening aan de rechterkant van deze grote pijl te steken. Trek dit flapje dan naar links,  in de richting van de grote pijl. Trek of duw het hoekje bij de kleine pijl in het midden een stukje naar boven, zodat het op de plek van de kleine pijl bovenaan komt.

Stap 14:
Duw het flapje plat van bovenaf. Let er weer goed op dat dit flapje ook in een rechte hoek met de andere flapjes komt te staan.

Stap 13:
Trek nu het flapje bij deze pijl omhoog.

Stap 21:
En maak nog één keer een dalvouw over dit lijntje.

Stap 19:
Herhaal stap 18 over dit korte groene lijntje.

Stap 20:
Herhaal stap 18 over dit lijntje.

Stap 18:
Maak de twee flapjes aan elkaar vast door een dalvouw over het hele korte lijntje bij de groene pijl te maken. Maak deze vouw over allebij de flapjes tegelijk.

Stap 17:
Neem twee onderdelen en druk de bovenste flapjes met de onderkant tegen elkaar aan, zie pijlen.

Stap 22:
Trek de twee flapjes bij de pijlen uit elkaar.

Stap 25:
Maak (op dezelfde manier als in stap 18 tot en met 21) het rechter onderdeel met alle vier de flapjes vast aan de flapjes die zijn aangegeven met de grote pijlen aan de linker kant.

Stap 26:
Zo ziet het model er nu uit. Draai het model om.

Stap 24:
Herhaal stap 18 tot en met 21 bij de twee grote pijlen en ook met de flapjes bij de twee kleine pijlen.

Stap 23:
Herhaal stap 18 tot en met 21 met de twee flapjes bij deze pijlen.

Stap 27:
Herhaal stap 25 met het laatste losse onderdeel.